Dagen van weemoed en superkrachten is het verhaal van een jongen die de mogelijkheid die hij nu eenmaal heeft om het beste voor de wereld te bevechten, ziet als de pure verantwoordelijkheid om dat ook te doen. Hij vertelt hoe hij al op jonge leeftijd merkte geen onrecht te verdragen, hoe zijn krachten zich aan hem openbaarden en hoe hij sindsdien zowel kwetsbare individuen als de wereld van hun ondergang redt. Het is ook het verhaal van een eenzame jongen, in een trieste woning, die zich een superheld waant, of Hollywood acteur en bij gebrek aan vrienden, ons zijn verhaal opdringt.
Het zou een vraag om aandacht kunnen zijn, zijn poging om op te vallen in de massa. Maar het zou ook een pleidooi kunnen zijn om ongenuanceerd en tot in het groteske te strijden voor een betere wereld, zonder daarover beschaamd te zijn. Totdat hij uiteindelijk, in een ontroerende en oprechte slotmonoloog, onbedoeld alles naar je teruggooit: de weerzin van grootheidswaan, het schamperen, het in twijfel trekken… Waarom eigenlijk, bevecht ik niet het beste voor de wereld en haar individuen? Waarom eigenlijk, is de wens dat de wereld een rechtvaardige en liefdevolle plek is voor iedereen, en het geloof dat ik daarvoor kán en dus móet strijden, pathetisch, ridicuul en naïef?
(Fragment uit de tekst)
“Ik voelde een energie door mijn lijf te stromen die ik niet eerder ervaren had. Groots, warm en gigantisch. Ik was me intens bewust van mijn lichamelijkheid. Het leek net alsof ik het bloed door mijn slagaderen hoorde ruisen en oververhitte synapsen onder mijn schedel voelde doorbranden. Het was vreemd en beangstigend, maar de manifestatie was zo krachtig en doelmatig, dat ik me er uiteindelijk aan overgaf. En voor ik wist wat er gebeurde torpedeerde mijn lichaam zichzelf de lucht in. En schoot omhoog, steeds harder, steeds sneller, totdat ik uiteindelijk de atmosfeer uit knalde. Even was ik bang dat ik zou stikken, maar tot mijn verbazing ademde ik kalmer dan ooit tevoren…”
Credits:
Concept en Regie: Anouke de Groot. Spel: Roeland Hofman.